“Het blijft lastig kwetsbare ouderen tijdig op te merken”
Een kijkje bij een praktijkverpleegkundige ouderenzorg
Mirjam Kloet werkt als praktijkverpleegkundige ouderenzorg voor vier huisartsenpraktijken in Zoetermeer. “Ik ga op huisbezoek bij thuiswonende ouderen die (meer) hulp nodig hebben, met als doel de situatie in kaart te brengen en samen waar nodig problemen op welzijns- of medisch niveau op te lossen of te voorkomen.” Dat doet Mirjam op verzoek van de huisarts, de patiënt zelf of iemand uit de omgeving van de patiënt. Zorg of ondersteuning kan vervolgens heel breed worden ingezet. “Een patiënt kan bijvoorbeeld worden doorverwezen naar de wijkverpleging, een specialist ouderengeneeskunde of een fysiotherapeut,” vertelt Mirjam. “Maar het komt ook voor dat ik een patiënt bekend maak met bepaalde sociale activiteiten in de wijk als ik merk dat hij of zij eenzaam of somber is.”
Tijdig signaleren
“Ik heb ontzettend veel plezier in mijn werk, maar het op tijd signaleren van pre-acute situaties bij kwetsbare ouderen blijft een uitdaging,” vervolgt Mirjam. “Dit heeft verschillende redenen. We hebben veel ouderen in Zoetermeer en die worden ook steeds ouder. Daarnaast hebben we steeds meer te maken met complexe zorg omdat ouderen regelmatig meerdere aandoeningen hebben. Deze ouderen blijven ook steeds langer zelfstandig thuis wonen en hebben vaak maar een klein sociaal netwerk,” vertelt Mirjam. De coronapandemie heeft hier ook zeker niet aan bijgedragen. “Door het wegvallen van sociale contacten en sociale activiteiten raken mensen soms uit beeld. Deze groep was veelal op zichzelf aangewezen, wat zowel op lichamelijk als psychisch niveau doorwerkt.”
Zichtbaarheid
Naast de meerwaarde van sociale activiteiten in de wijk onderstreept Mirjam het belang van zichtbaarheid van de praktijkverpleegkundigen in de regio. “We zien nog vaak dat ouderen het zelf lastig vinden om hun problemen aan te kaarten bij huisartsen. Ze weten niet bij wie ze moeten zijn of vinden het gewoon erg lastig om zelf hulp te zoeken, waardoor ze in een bepaald patroon blijven zitten tot het echt niet meer gaat. Deze situaties willen we natuurlijk voorkomen. Als wij meer ruimte hebben om preventief te werk zouden kunnen gaan, dan zouden we veel eerder andere disciplines zoals een fysio- of ergotherapeut kunnen inzetten.”
Meer inzetten op preventie
Kwetsbare ouderen komen nu soms later in beeld dan we zouden willen, waardoor veel dingen acuut moeten gebeuren. “We zouden meer willen inzetten op onze preventieve rol, maar daar komen we nu weinig aan toe omdat zoveel acute zorg nodig is. Beschikbare tijd en capaciteit om hierop in te zetten zijn op dit moment erg schaars. Naast dat het lastig is om extra zorgpersoneel te vinden, zijn wij ook gebonden aan de financiering vanuit de zorgverzekeraars,” legt Mirjam uit. “Het liefst hebben we er nog een collega bij zodat er meer focus kan gaan naar preventie, maar zo simpel is het niet. Met de dubbele vergrijzing en de afname in de zorgcapaciteit, waaronder het aantal mantelzorgers, medisch personeel en beschikbare plekken voor opname, is het nu zaak dat er wordt gekeken naar hoe we met alle partners in de regio de zorg en welzijn voor deze groep gaan organiseren.”
REO-bedden
De eerste stappen worden hierin al gemaakt. Als praktijkverpleegkundige heeft Mirjam zelf al eens een beroep gedaan op een REO-bed voor een patiënt om zo een acute situatie voor te kunnen zijn. De REO-bedden (Regionaal Expertisecentrum Ouderen) zijn voor (kwetsbare) ouderen die tijdelijk ongeplande zorg nodig hebben. Tijdens een opname van meerdere dagen brengt een multidisciplinair team samen met de huisarts het zorgprobleem van de patiënt in kaart. Het doel is de (kwetsbare) oudere weer goed op de rit te zetten.
“Via het Centraal Coördinatiepunt hebben we een meneer met Parkinson bij wie de thuissituatie niet meer houdbaar was kunnen doorverwijzen naar een REO-bed. Hier is zijn volledige medicatiegebruik opnieuw in kaart gebracht en is er ingezet op zijn zelfredzaamheid. Zonder de REO-bedden had de situatie van deze meneer hoogstwaarschijnlijk geëscaleerd in de thuissituatie en had hij moeten worden opgenomen in het ziekenhuis. Dat hebben we gelukkig kunnen voorkomen!”